Oude verhalen – Paul

Hoe ging het korfbal lang geleden? Hoe was het korfbal vroeger bij SAMOS of DVS? Wat gebeurde er bij Synergo? We zoeken oude verhalen voor #100jaarkorfbalinUtrecht en #25jaarSynergo. Deze keer oude verhalen van Paul Engelsman.

Paul (1962), afkomstig uit een echte korfbalfamilie, deed vroeger overal aan mee bij het korfbal en werd van jongs af aan overal mee naartoe genomen. Naast commissiewerk verrichtte hij ook ‘heel veel los-vast taken’, zoals onder onderhoud van het materiaal, wedstrijden fluiten, oud-papier en totoformulieren ophalen.

Paul stuurde me vanwege de oude verhalen een foto van een programmaboekje van “de kleine finale” tijdens het NK Zaalkorfbal in 1982 van SAMOS 2 tegen Deetos 2: maar helaas, ‘net niet gewonnen’, antwoordde hij. Met die ervaring vond ik het helemáál tijd om hem op te zoeken in Harderwijk voor zijn eigen oude verhalen!

Het werd een mooie avond over “tantes en ooms”, scheidsrechters, de kleine finale, korfbalvereniging RDZ en over KNKV-sportkampen, waar hij verkering kreeg met zijn latere vrouw Wilma.

Paul

‘Ik was constant op het veld en deed ook heel veel los-vast taken; palen schilderen, wedstrijden fluiten, ploegen trainen of we haalden oud-papier op.
Op de fiets haalden we de totoformulieren op bij de leden thuis. Ik had een vaste route die voor mij altijd eindigde bij Frank Backx op de Marnixlaan. Op vrijdagavond reed ik dan naar de Biltstraat om de formulieren bij het KNVB-afdelingsbureau in te leveren.

Ik heb verder in het bestuur, de jeugdcommissie en in de kantinecommissie gezeten. Het eerste grote feest in mijn herinnering was in 1971 tijdens het 50-jarig jubileum van SAMOS in het gebouw van Kunst en Wetenschappen aan de Mariaplaats. De band was Unit Gloria, met als leadzanger Robert Long.’

Korfbal

Paul: ‘Achterop de fiets namen mijn ouders me mee naar het veld. Ik heb het gevoel dat ik niet eens zelf voor het korfbal gekozen heb.’

Heel bescheiden vertelt Paul dat hij ‘redelijk getalenteerd’ was. ‘Ik had mijn lengte en had een vrij goed inzicht. Soms gooide ik de ballen te snel of te hard. Ik had goede dagen en soms totaal niet.

Ik was niet een hele goede, maar wel een hele nuttige verdediger. Niet zo goed in de 1:1, wel met veel inzicht. Ik zag goed wat er achter me gebeurde. En tegen hele goede aanvallers had ik soms mijn handjes en vuistjes nodig.

Ik was als speler flegmatiek, nou ja, behóórlijk flegmatiek. Ik was fanatiek, maar het moest vooral leuk zijn. Dat is dat onverstoorbare: wedstrijden speel je en daarna is het afgelopen. Ik ging niet de wedstrijd nog úren nabespreken.’

Paul speelde bij SAMOS in de selectieteams en haalde de selectie van het Nederlands juniorenteam: ‘Ik zat alleen in de “verkeerde” lichting met talenten als Bram van de Zee, Erik Wolsink, Jan de Jager en Peter Haverbus. Ik was wel altijd de laatste die afviel.

Eén keer, eind jaren ’70, ben ik geselecteerd voor een junioreninterland bij De Zwervers in Dordrecht. Ik was toen net op werkweek in Parijs en moest eerder terugkomen. Maar tijdens de laatste training voor de wedstrijd raakte ik geblesseerd…

Via SAMOS 2 kwam ik als een van de jongeren uiteindelijk in SAMOS 1. Daar speelde ik met Erik Spelten. Hij eiste behoorlijk veel op, met name in de aanval. Ik dacht toen “ik speel toch niet voor niets in 1?!”. En in plaats van ballen aan hem afstaan ging ik ook scoren.

Vanwege mijn studie in Wageningen, reisde ik in het begin op en neer naar SAMOS. Later ging ik bij SSS spelen. In die periode werd mijn moeder ziek en ben ik hierom teruggegaan naar Utrecht. Toen ben ik rond 1983 gestopt met actief korfballen.’

Korfbal vroeger

‘Als je bij SAMOS over de (ophaal)brug het terrein opkwam, lagen rechts twee grote seniorenvelden en aan de linkerkant van de kantine het jeugdveld: dat was ons trainingsveld. En langs het spoor stond onze gammele houten tribune!

Er waren natuurlijk grote velden met drie vakken en altijd de vraag of je startte met aanvallen in vak A of in C. En die uitslagen van twee keer drie kwartier korfballen: soms slechts 2-1 of 1-0! Het voordeel van het middenvak was weer dat als het koud was, je vooral kon rennen om warm te blijven.

Het korfbal was ook echt een stuk trager. En we speelden vaak uitwedstrijden op gras. Spelen op gravel was minder zwaar, alleen moest je dan weer geen buikschuiver maken!

Je had pech als het slecht weer was met gravel. Als de bal dan stuiterde, zat je helemaal onder het gravel! Het was niet voor niets dat de kleuren van de kleding zo vaal waren…

Met (heel) slecht weer moest je halverwege de wedstrijden het veld verleggen. Iedere speler pakte dan een hoek van het veld en zo schoven we het veld een paar meter verderop.

Overigens moest je altijd zelf het veld uitleggen en weer inhalen. Dat hoeft tegenwoordig niet meer. Ook moesten we altijd zorgen voor een afzetting om het veld bij het eerste.’

Met de bus

‘Ted Vermeulen was de eigenaar van OAD busreizen en hij sponsorde destijds SAMOS 1. We kregen OAD-trainingspakken en hij sponsorde natuurlijk de bus voor de verre uitwedstrijden. We speelden in die tijd met SAMOS 1 en 2 veel in het noorden van Nederland, onder andere tegen LDODK en SCO. Dan kwam vroeg op zondagochtend de bus voorrijden en stapten de spelers van S1 en S2 en de supporters in. Ook de “tantes en ooms” reden mee in de bus.

Bovendien nam Ted vaak iedereen mee uit eten, het kon niet op! Dan zaten we vaak met een groot gezelschap in een klein restaurantje in de Minrebroederstraat.’

Op beeldscherm

‘Toen we eens bij SCO speelden, kreeg Cock Wolf te horen dat de sporthal vol zat. Hij mocht niet naar binnen en mocht de wedstrijd dan wel kijken op een beeldscherm zien. Cock was een hele grote man en liet wel even weten dat hij dat écht niet zou doen!’

Scheidsrechters

‘Ook naar de scheidsrechter had ik altijd wel een geintje en gebbetje. Bijvoorbeeld als Harry Brack uitgeput achter de bal moest aanlopen. Dan zei ik dat ik wel even op hem zou wachten voordat ik verder zou gooien. Of als er te veel lange ballen waren, dan floot hij af omdat hij zijn zakdoek had laten vallen.

Dat kon toen nog wat meer. Het waren ervaren scheidsrechters die wel een en ander hebben meegemaakt als scheidsrechter.

Ook naar de scheidsrechter had ik altijd wel een geintje en gebbetje

In mijn tijd bij SAMOS floot ik al wedstrijden. Zaterdag floot ik en op zondag speelde ik zelf. Ik heb nog de finale mogen fluiten tijdens het afdelingskampioenschap voor junioren van Nederland in Barneveld. Met John Krah als vlaggenist langs de lijn.

Tijdens de scheidsrechterscursus nam Gerrit van de Beek (van Unitas) mijn examen af. Nu ik zelf in Harderwijk om de hoek bij Unitas woon, loop ik op zaterdagochtend die 300 meter van huis naar het veld en fluit af en toe nog een wedstrijdje.

Dat het KNKV nu twee scheidsrechters op één wedstrijd zet, vind ik een verarming. Zeker met scheidsrechterstekorten! Normaal kun je twee wedstrijden vullen én onderin boet je daarmee in aan de kwaliteit van scheidsrechters.’

Assistent

‘Twee jaar geleden stond Bas van Meerveld ineens voor mijn deur met een brutale vraag. Hij was gepromoveerd en had een assistent nodig. Of ik dat tijdelijk wilde doen totdat hij iemand anders had. Dat leek me wel leuk. Na vier weken vroeg ik hem of hij eigenlijk nog wel op zoek was…

Leuk is dat je dan samen bent in plaats van alleen. We hebben op een mooi niveau gefloten, Overgangsklasse, (reserve) Hoofdklasse en de Reserve Ereklasse. Vooral leuk vond ik het om al die oude bekenden weer op de velden tegen te komen!’

KNV-korfbalkamp

Ergens tijdens een KNKV-korfbalkamp eind jaren ’70 kreeg Paul verkering met zijn latere vrouw Wilma. Ze lieten het echter niet zo duidelijk merken. Wilma: ‘Ik kwam op zondag altijd kijken als Paul speelde. Dan stond ik samen met Hans de Bruijn langs de lijn. Een keer vroeg Saskia Backx hoe het nou zat tussen mij en Hans. Ze kon niet geloven dat ik iets had met Pául!’

Sfeer in de sporthal

‘SAMOS speelde in heel veel verschillende sporthallen: De Dreef, Hoograven, de OSG en natuurlijk de Catharijnehal! Wedstrijden in de Catharijnehal waren echt een uitje. Er was blaasmuziek om sfeer maken en niet te vergeten onder andere Bert van Lienden als speaker en Rinus Vercouteren en Henk Roukes als sfeermakers.

In die tijd was SAMOS een van de weinige verenigingen in de omgeving die op zondag speelde en de vereniging speelde toen van een hoog niveau korfbal. Daarom waren er veel mensen van buiten die kwamen kijken.’

SAMOS 2

‘Het publiek kwam steeds eerder naar de sporthal om SAMOS 2 te zien spelen. Op een gegeven moment waren de toeschouwers vaak enthousiaster bij 2 dan bij 1. Wedstrijden waren in die jaren ook vaak leuker van 2. Zeker in het seizoen dat we in de kleine finale kwamen. Dat was een geweldig jaar!’

Overbelast

‘Vanuit het donker werden de spelers in de zaal voorgesteld. De lichten gingen dan uit en er waren grote spots. Tegenwoordig gebeurt dat bijna overal. We gebruikten een keer tegen DOS’46 van die hele grote en zware lampen, zoals ook bij bokswedstrijden. Toen was de hele boel overbelast en zaten we in het donker! Achteraf kregen we op ons donder van de zaalwacht’

Voor niets oplopen

‘Een keer rond oudejaarsdag speelden we in sporthal Catharijne tegen Die Haghe. Het was spekglad in Nederland en Die Haghe had gebeld dat ze niet kwamen. Maar de wedstrijd moest gespeeld worden! Dus Bert van Lienden riep de gasten een voor een om. Daarna kwam SAMOS oplopen. Vervolgens floot scheidsrechter Henk Rietel in en floot meteen weer af.’

Strafworp

‘In 1982 liep Frank Backx als aanvoerder vlak voor een strafworp vanuit het andere vak naar de scheidsrechter om verhaal te halen. Daarna was de strafworp mis, maar de speler mocht hem opnieuw nemen, omdat Frank nog niet in zijn eigen vak terug was.’

“Ooms en tantes”

‘Wat me is bijgebleven, is de warmte van de club’, vertelt Paul. Volgens zijn vrouw Wilma praat hij nog altijd met veel liefde over SAMOS. Omdat hij van jongs af aan werd meegenomen naar SAMOS heeft Paul het in het gesprek over zijn “ooms en tantes”, zoals tante Tjaak en ome Jan (Blokker), tante Annie en ome Jan (de Vos), tante Netty en ome Jo (van Leeuwen).

Paul: ‘Daarnaast waren er ome Cock en tante Alie (Wolf), ome Jan (Staal), ome Henny en tante Paula (Staal) en ome Rinus en tante Coby (Albers).

Ook “onder de rode korf” was er een grote saamhorigheid om activiteiten te organiseren om als vereniging vooruit te komen. De mensen die ik nu spreek hebben het er nog over. Ook aan de tegenstanders en de scheidsrechters werd regelmatig gevraagd om te blijven eten. Dan kwamen de pannen boerenkool tevoorschijn.

Een speciale editie van de activiteiten was “onder de grijze korf” (met archiefbeelden via Bert van Lienden), met oud SAMOS-leden en -trainers, waaronder onder meer Anton Poelstra)’

Wens voor Synergo

Paul: ‘Op enig moment heeft de vereniging sportief een val gemaakt. Ik vind het knap dat SAMOS/ Synergo er nu weer is uitgekomen, want de vereniging is van ver teruggekomen. Degraderen is gemakkelijker dan terugkomen.

Waarom het zo goed gaat met de vereniging, weet ik niet. Ik volg het van een afstand. Ik hoop dat Synergo erin slaagt om nog een paar stappen te maken. Dan wordt de vereniging nog aantrekkelijker voor de regio en ben je meer in beeld.

Je moet ook niet koste wat kost mensen van buiten binnen willen halen. Ze moeten vanuit zichzelf komen omdat de vereniging iets te bieden heeft en omdat het een leuke vereniging is.

De mensen van SAMOS en DVS hebben de vereniging echt een warm hart toegedragen. Ik vind het ook leuk dat onder andere Anne de Roos en Ineke en George nog steeds actief zijn!

De fusie van SAMOS met DVS heeft écht geleid tot 1 + 1 = 3!

Ook nu dragen de mensen van Synergo de vereniging een warm hart toe. De fusie van SAMOS met DVS heeft écht geleid tot 1 + 1 = 3!’

Paul, bedankt voor deze mooie verhalen!
Sander.

Zie ook