Ik wil terug naar Korfbalthema’s | Trainersportaal | Checklist voor trainers
De peuters en Kangoeroes zijn Synergo-leden van ongeveer 3 tot 5 jaar. Dat is een heel diverse groep qua mogelijkheden en de verschillen binnen die groep kunnen heel groot zijn. Voor de lesgever een hele klus om ze passende ervaringen te laten opdoen. Het gaat bij deze groep om het oefenen met de grondvormen van bewegen, waarbij bijzondere aandacht voor vormen die een zeker verband hebben met korfbal. Denk hier aan: wat kan je allemaal doen met een bal, wat doet een bal (allerlei soorten ballen). Hier worden veel voorbeelden / mogelijkheden beschreven (Met dank aan Casper de Bruijn en Edwin Visser).
Korfbal gerelateerde grondvormen van bewegen
Voor onderstaande grondvormen geldt:
- Zorg voor een gevarieerd en uitdagend programma per training. De training erna weer andere vormen aanbieden;
- Nadruk op het individu;
- Zorgen voor structuur in de les (wanneer begint iets, wanneer eindigt het);
- Veel materiaal, vooral verschillende soorten en maten ballen, pittenzakenn, ballonnen, strandballen. Maar ook korven, hoepels, pionnen, blokjes, touwtjes e.d.;
- Alles spelenderwijs;
- Zelf ontdekken (peuters hebben een kort concentratieboog) vaak gaan ze dan stuiten met de bal of voetballen. Geef daar ruimte aan.
Grondvorm | Praktijk voorbeelden |
Mikken | – korven (verschillende hoogtes en op de grond) – pionnen op de grond, bank, kast (gooien) – kranten in wandrek – in hoepels – bal wegschoppen – ver gooien – rollen – pittenzakken gooien (op doelen) – alles met verschillende soorten en maten ballen en andere voorwerpen |
Werpen en vangen | – tegen de muur gooien, rollen, schieten – tegen tchoukframe gooien – stuiten en opdrachten / hindernissen – hoepels rollen – blokjes / zakjes schuiven – ballon / strandbal hooghouden – bovenstaande vormen kunnen individueel of 2 – tallen gedaan worden |
Springen | – diepspringen (ergens vanaf, bv kast, klimrek) – speedladder – horden springen – Touwtje springen (licht schommelend touw) – huppen / hinken |
Steunspringen | – banken – kasten – in combinatie met scoren |
Loopsprongen | – van mat naar mat – hoepels – over lijnen |
Balanceren | – recht balanceervlak – elastisch snoer of springtouw – loopklossen |
Rijden | – skateboard – fietsen – kar rijden |
Glijden | – glijbaan – dubbel ijzer – plank over stokken |
Acrobatiek | – scooter / paardje rijden – balanceren |
Klimmen / klauteren | – wandrek – kast – parcours afleggen met bal – vervolgens afronden in de korf (hoog / laag) |
Over de kop gaan | – rollen en door – lengte-as – breedte-as |
Voetenwerk | – met speedladder, wel aangepast aan leeftijd, dus laagdrempelig |
Overige grondvormen | – bewegen op muziek of oefeningen met muziek aanbieden – stoeispelen – lummel spelen (vanaf 6 jaar) – keeperspelen (bv op een goal werpen met een zachte bal) – tikspelen met de bal – afgooispelen |
Veilig Sport Klimaat en overige zaken | – Binnenkomer (Vanuit Vreedzame school) Spel waarbij de kinderen verschillende kleuren ballen in de korf moeten leggen. Zit stukje kleuren herkennen in maar ook opletten dat je niet tegen elkaar oploopt. Maar ook: kinderen mogen maar 2 ballen tegelijk pakken (leren tellen) Hoeveel is 2? – Afsluiter (Vanuit Vreedzame school) Parachutedoek en liedje van Nijntje. |
Samenwerken | – Zie afsluiten hierboven – Ruilen van bal (lastig bij peuters, zitten in ‘mijn fase’) – Ouders helpen tijdens de lessen. Peuters en ouders maken zo contact met elkaar. – Tegelijk met de lessen (en erna) zien de kinderen en de ouders al wedstrijden (veelal de F- en E-jeugd). Een mooie kennismaking met de sport korfbal. |